steven pepijnVader Steven  (49 jaar) en zoon Pepijn (13 jaar),  woonden samen met moeder Marlies 6 jaar in Finspång, in Zweden, waar Steven bij Gränges, een aluminiumwalserij, werkte. Hun favoriete sport in Zweden was oriënteren. Je krijgt een kaart met punten en een kompas. Je moet langs die punten rennen in een bepaalde volgorde. Onderweg zijn er briefjes met aanwijzingen. Tot je 8e jaar gaat er een schaduw (volwassene) mee.

Ze houden van uitdaging en zaten daar ook samen op atletiek. Steven was tevens atletiektrainer. Het trainen  deed hij in de vorm van spelletjes. In dezelfde club kon je ook langlaufen. Vlakbij hun huis.

Het schoolsysteem in Zweden loopt achter. Toen ze 3 jaar terug weer in Nederland kwamen, moest Pepijn een extreme achterstand bijspijkeren, vooral voor het vak Nederlands. Hij is nu wel tweetalig.

Steven praat nog dagelijks Zweeds voor zijn werk. Hij werkt bij TATA Corus. Hij is daar nu 3 jaar technisch adviseur.  Zijn regio is Scandinavië. Hij komt er daarom nog regelmatig.

Steven roeide vroeger in Alkmaar. Dit heeft hij 4 jaar gedaan, tot Pepijn een ½ jaar oud was. Door de familieplanning werd het lastig om te blijven roeien. Toen is hij gaan hardlopen, maar had steeds pijntjes en halve blessures. Op een gegeven moment zei Pepijn: dan ga je toch roeien. 

Het leukst bij OSSA vindt Steven de ongedwongenheid, de gezelligheid, de mogelijkheid om tijdens het clubuur te roeien zonder team.

Hij roeit het liefst in een C4 of glad.

Het moeilijkst vindt hij om het goed te doen: de volgorde, de houding, op je benen roeien i.p.v. op je kuiten.

Steven loopt nu ook hard. En hij speelt saxofoon. Op dit moment een bariton bij SDG in Alkmaar.

Pepijn zat op atletiek bij Hera. Hij vond het daar niet leuk. Het was erg prestatiegericht. 

Sinds vorig jaar herfst roeit hij. Zijn vader, Steven, roeit ook bij OSSA en Pepijn dacht: laat ik het eens proberen. Nu roeit hij 3 keer in de week.

Als het water glad is, dan roeit Pepijn het liefst in een C1. Anders vindt hij het leuk om in een dubbel 2 of gladde 4 te roeien. Hij roeit het liefst met meerdere mensen.

De jeugdinstructie wordt gegeven door verschillende mensen: Nancy, Geert, René, en soms Daan. Pepijn vindt de oefeningen vervelend. Maar je wordt er wel beter van.

Het moeilijkst van het roeien vindt hij de volgorde. Hij is geneigd om eerst met zijn rug te roeien.

Het leukst bij OSSA vindt Pepijn de gezelligheid.

Tijdens het kamp is er maar een keer geroeid, tot de Lange Balkbrug en toen werd er gewisseld. Pepijn vond het kamp wel leuk. Vader zegt dat hij dan bedoelt dat hij het heel leuk vond.

Pepijn roeit nu met een team van 4 jongens de DiNHo  van de ARZV. De DiNHo betaat uit 6 wedstrijden, waarvan je er maximaal 1 mag missen. Tijdens de eerste wedstrijd hadden ze een slechte start en roeiden een hele slechte tijd. Tijdens de tweede wedstrijd werden ze tweede, met een achterstad van een halve seconde.

Pepijn zit in het tweede jaar van het Murmellius. De leukste vakken vindt hij gym en Latijn. Hij fietst graag naar school. Hij houdt niet zo van stil zitten.

Bedankt voor het gesprekje, Steven en Pepijn!

Lida